Ik zou graag eens vernemen waar ik die 'essentie van de islam' kan vinden

Het is mogelijk dat sommige mensen door deze teksten gekrenkt worden; ze zijn echter niet de mijne, ik citeer alleen. Etienne Vermeersch

Othman El Hammouchi brengt opwerpingen naar voren waarmee moslims critici vaak de mond willen snoeren. Zelf citeren ze graag koranteksten; maar als je hen met koranteksten van antwoord dient, verwijzen ze naar een ‘immens corpus’ van commentaren die men zo nodig moet gelezen hebben om de koran te kunnen begrijpen. Die Allah is dus wel een vreemd wezen: hij wou even de waarheid aan zijn volgelingen mededelen in een ‘Openbaring’, maar die gelovigen kunnen dat alleen begrijpen als ze eerst de bespiegelingen van ‘duizenden’ ‘geleerden’ bestudeerd hebben. Die geleerden schreven vooral in het Arabisch, zodat de verpletterende meerderheid van de moslims (Aziaten), die onmogelijk kunnen kennen. Is dat niet te gek voor woorden? Als de koran werkelijk niet eens het citeren waard is, welk belang heeft het dan nog die te lezen, laat staan van buiten te leren?

El Hammouchi gaat er zonder enige reden van uit dat ik zelf over de besproken passussen geen commentaren gelezen heb. Ik moet hem op het volgende wijzen. Ik beschik over de ‘Umdat al Salik’, in de Engelse vertaling: ‘Reliance of the Traveller’. Dat is hét standaardwerk over de ‘Islamic sacred law’ m.a.w. de shariah. De meest gezaghebbende universiteit van de islam: Al Azhar schrijft in een officieel certificaat het volgende: “We certify that the above mentioned translation corresponds to the Arabic original and conforms to the practice and faith of the Orthodox Sunni Community.” (1991). Vergelijkbare certificaten brachten ook het “International Institute of Islamic Thought (1990) en nog andere instituten.

Deze ‘Umdat’ is geschreven na het ‘sluiten van de poorten van de Ijtihad’. Daaruit volgt dat alle verwijzingen naar de koran, qua betekenis, het akkoord hebben van alle hieraan voorafgaande islamgeleerden. El Hammouchi beweert bv. dat het eerste vers dat ik citeer ‘geabrogeerd’ (herroepen) is, maar dit vers wordt geciteerd in de Umdat (01.0); dus is het zeker niet geabrogeerd. En inderdaad: “the indemnity for the death or injury of a woman is one half the indemnity paid for a man” (04.9): ongelijkheid dus.

El Hammouchi: “Het punt dat de vrouw niet kan scheiden, is dan weer gewoonweg onjuist…” (1°) Ik heb dat niet beweerd; ik heb gezegd: ‘verstoten’. (2°) De Umdat besteedt 73 blz aan ‘divorce’. In geen enkele zin wordt ook maar gesuggereerd dat een vrouw tot een echtscheiding kan beslissen: alleen de man kan dat. Wel kan de man aanvaarden een vrouw te verstoten: op haar verzoek, als zij hem een aanzienlijk bedrag daarvoor betaalt (n5.0-n5.6). Als de koran een vrouw zou toelaten een man te verstoten dan zou dat hier zeker vermeld worden.

Othman El Hammouchi heeft problemen met mijn vertaling van het Arabische ‘qawwamun’ als ‘zaakwaarnemers’ (S, 4:34); hij stelt wel geen alternatieve vertaling voor. Zoals steeds had ik deze passus vergeleken in twee Nederlandse, twee Franse en acht Engelse vertalingen. De meest gangbare term in het Engels is ‘maintainer of women’, maar je vindt ook ‘protector’, ‘manager of the affairs’. Die vertalers (moslims) zullen wel enkele honderden commentaren gelezen hebben en dus mag ik op hen betrouwen. De rest van dit vers wijst ook bij hen op een voorrang van mannen op vrouwen en dat strookt dus weer met mijn betoog.

De opvatting dat ik als materialist geen ‘objectieve’ morele oordelen kan vellen, zal ik maar met de mantel van Noah bedekken. Hume heeft gelijk dat je ‘moeten’ niet van ‘zijn’ kunt afleiden. Dat belet mij niet een solide moraal te ontwikkelen: zie bv. mijn ‘Provençaalse Gesprekken’, blz 51-99.

El Hammouchi beweert dat religies slavernij en verkrachting veroordelen: de feiten bewijzen het tegendeel: zie verder.

Ik ben helemaal niet ‘verontwaardigd’ over de koranische visie op de schepping van de vrouw: ik stel alleen vast dat die de thesis over ‘gelijkheid’ andermaal in het gedrang brengt. El Hammouchi betoogt dat volgens de islam de man ook voor de vrouw geschapen is; spijtig genoeg brengt hij daar geen bewijs voor. Ik zou ook graag eens vernemen waar ik die ‘essentie van de islam’ kan vinden.

El Hammouchi betwist blijkbaar niet de fundamentele ongelijkheid van man en vrouw inzake erfenis (S. 4:11) en inzake getuigenissen S. 2:282). Dat kan ook niet want beide discriminaties zijn uitvoerig in wetteksten uitgewerkt. (Zie ‘Umdat’ Book L 50 en 024.7).

Evenmin kunnen ‘duizenden islamgeleerden’ ontkennen dat er in de koran negen beschrijvingen staan over maagden die ter (seksuele) beschikking staan van mannen in het paradijs, maar geen enkele waar knapen of mannen ter beschikking staan van vrouwen.

Er is ook geen enkele passus waaruit blijkt dat vrouwen hun man mogen slaan, terwijl mannen dat wel degelijk mogen volgens S. 4:34.

Als het nodig is kan ik tientallen moslimauteurs vermelden, door de eeuwen heen, die dat bevestigen.

Dat een vrouw alleen seks mag hebben met haar man, en die man met vier echtgenoten en een onbeperkt aantal slavinnen (S. 23:1-6, en andere) heeft de hele moslimcultuur zo doordrongen dat elke ontkenning (door duizenden…) hier bespottelijk zou zijn. Toch veroorzaken deze verzen manifeste discriminaties. (a) Tussen mannen onderling: als de rijken meerdere vrouwen hebben, zullen veel arme mannen geen vrouw kunnen krijgen. (b) Tussen mannen en vrouwen: het seksuele onrecht ten nadele van de vrouwen is evident. (c) Het gruwelijkste echter is de pijn en de vernedering die miljoenen slavinnen door dit vers hebben moeten ondergaan: zij konden zich niet verzetten tegen een meester die hen wou verkrachten. Welke visie hebben moslims over een ‘God’ die door zijn ‘Openbaring’ zo’n mateloos lijden op zo grote schaal veroorzaakt?

Even erg en even schandelijk vind ik de fysieke en psychische pijn die kinderen eeuwenlang hebben ondergaan, door het feit dat de koran toestaat dat men niet-geslachtsrijpe meisjes mag uithuwelijken. (S.65:4). Dat Mohammed zijn huwelijk met Aisha fysiek voltrok toen ze negen jaar was (zie Bukhari, Muslim, Ibn Hisham, Al Tabari, Abu Dawud…) heeft velen tot navolging aangespoord. Ook nu nog vindt men kindhuwelijken in veel moslimlanden. Wat die kinderen als schending van hun diepste wezen ondergingen, is niet alleen een aanfluiting van wat men ‘gelijkheid’ noemt (ze konden uiteraard niet zelf beslissen): het vormt één van de grootste schandalen van de wereldgeschiedenis. Dergelijke zaken gebeurden ook in andere culturen, maar daar niet na goedkeuring door God en als nabootsing van een Profeet.

Een ander noodlottig gevolg van een korantekst (S.33:50) is de traditie die bij islamoorlogen ontstaan is, waarbij vrouwen en kinderen van de overwonnen in slavernij werden gebracht. Hierdoor is de omvang van de slavernij, en dus de ongelijkheid, in de islamlanden mateloos gestegen. Bezwarend is daarbij dat reeds in Mohammeds tijd die vrouwen met zijn goedkeuring ter plekke werden verkracht. (Bukhari, Muslim, Abu Dawud).

In mijn uitgave van Umdat al Salik (2008!) lees ik: “When a child or woman is taken captive, they become slaves by the fact of capture, and the woman’s previous marriage is immediately annulled.” Deze tekst (goedgekeurd door Al Azhar !) vormt de motivering van de huidige verkrachtingen van Yezidi-vrouwen en -meisjes door de krijgers van IS.

Het is mogelijk dat sommige mensen door deze teksten gekrenkt worden; ze zijn echter niet de mijne, ik citeer alleen. Ik doe dat omdat ik de mening toegedaan blijf dat de waarheid haar rechten heeft en dat “de waarheid ons zal vrij maken” (Joh. 8, 32).

Uit zijn prestaties blijkt dat El Hammouchi bijzonder intelligent is. Ik hoop van harte dat hij die intelligentie verder gebruikt om de waarheid na te streven. Dat vraagt intellectuele eerlijkheid en vanuit een bepaalde opvoeding is daar ook veel moed voor nodig: ik heb dat proces zelf moeten doormaken. Maar denk eraan: “Alles wat voortreffelijk is, is zowel moeilijk als zeldzaam” (Spinoza).

Etienne Vermeersch

p.s. Het stuk van Wim Van Walle over mijn ‘Opinie’ betreffende ‘gelijkheid’ in de koran, getuigt van zoveel intellectuele oneerlijkheid dat ik me er niet toe zal verlagen daarop te antwoorden.